Algemeen (553)

 

 Hoeveel ik van je hou

Martine van Bree-Jonink is vrijwilligster bij de bibliotheek in Bellingwolde. Zij leest drie tot vijf boeken per week en doet dat al ‘’een leven lang’’. Hier zijn haar nieuwste leestips.

 

Mark H. Stokmans: Land van echo’s (2022/519 pag.)

Zijn verwekker (vader wil hij hem niet noemen) dwingt Herman in WOI te vechten aan Duitse zijde en nooit meer terug te komen naar Nederland. Na alle verschrikkingen in de loopgraven en na de capitulatie zwerft Herman, gekweld door zijn demonen, door heel Europa en belandt, meer dood dan levend, in Spanje, waar hij gevonden wordt door Vicente Urias die zich over hem ontfermt.
      Tussen hen ontstaat een hechte vriendschap en Herman raakt vergroeid met het land en de mensen. Op de top van een heuvel staat een ruïne die hij samen met vrienden weer opbouwt; voor het eerst in zijn leven voelt hij zich ergens thuis. Hij ontmoet de zigeunerin Pepa en er ontstaat tussen hen een geheime gepassioneerde liefdesrelatie, ze zijn zielsverwanten. Als de Spaanse burgeroorlog uitbreekt stelt Herman (Don German) zijn huis open als toevluchtsoord voor zijn vrienden en hun familie.
      Terreur raast over het land en om het leven van zijn dierbaren, waaronder zijn vrouw en zoon, te beschermen wordt hij gedwongen soms zijn morele principes aan te passen.

Wat een fantastische roman! Verbluffend hoe deze nog onbekende Nederlandse auteur met veel diepgang alle genres in één boek bij elkaar weet te brengen: historisch, cultureel, psychologisch/filosofisch, oorlogen tussen landen, tussen bevolkingsgroepen, tussen families, onbaatzuchtige liefde en verzengende haat. Terecht winnaar van de boekhandelsprijs 2023; en dat voor een debuut.

 

Ian McEwan: Lessen 2023/572 pag.)

In 1959 wordt de 11-jarige Roland door zijn ouders ondergebracht op een Engelse kostschool.

      Zijn vader stond erop dat hij in ieder geval pianolessen zou gaan volgen. Hij krijgt les van de jonge pianolerares Miriam Cornell die enerzijds streng is, maar hem anderzijds ook fysiek benadert op een manier waar hij geen raad mee weet. Op 14-jarige leeftijd, als er een kernoorlog dreigt, geeft hij toe aan de vreemde aantrekkingskracht tussen hen beiden en zoekt hij haar op, waarna een ongezonde seksuele relatie ontstaat. Op zijn 16e verjaardag wil zij hem verrassen met een bijzonder cadeau; iets wat hij onmogelijk kan accepteren met als gevolg dat hij haar en de school per direct verlaat. Jaren later, als zijn vrouw Alissa plotseling verdwenen is en hij met hun vier maanden oude zoontje achterblijft, gaat Roland niet alleen op zoek naar haar, maar ook naar het waarom van zijn rusteloze bestaan. Gemiste kansen, verloren liefdes, muziek, vrienden, familie, literatuur, seks en politiek, alles komt voorbij.

      Alissa is een wereldberoemde auteur geworden en via haar uitgever krijgt Roland de romans toegestuurd. Als hij aan het begin van de pandemie in 2020, inmiddels 70-plusser, hoort dat zij niet lang meer te leven heeft zoekt hij haar op om nu eindelijk eens de waarheid te horen waarom zij nooit meer contact met hem, noch met haar zoon wilde hebben en zelfs niet nieuwgierig was naar haar kleinkinderen.

Magistraal levensverhaal over een persoon die zijn leven lang niet wist wat hij met zichzelf aan moest, geschetst tegen de achtergrond van grote gebeurtenissen uit onze recente geschiedenis.

 

Esther Freud: Hoeveel ik van je hou (2023/347 pag.)

In 1939 ontmoeten Aoife en Cashel elkaar in Engeland en het was liefde op het eerste gezicht. Zij trouwen al vrij snel en als de oorlog uitbreekt raakt Aoife zwanger. Als hun dochtertje Rosaleen een jaar oud is brengen zij haar onder op een veilig adres bij een pleegmoeder. Na de oorlog halen zij haar weer op en verhuizen naar een boerderij in Ierland, waar weer een dochter geboren wordt.
      Omdat de ouders een goede opleiding belangrijk vinden worden Rosaleen en Angela op een katholieke kostschool geplaatst, wat voor Rosaleen de hel op aarde is. In 1959, als Rosaleen 19 is, ontmoet zij in Londen de oudere, charismatische kunstenaar Felix. Zij wordt zijn muze, weet dat hij een vrouw heeft, maar raakt verslaafd aan hem. Wanneer zij zwanger is belooft hij voor haar te zorgen. Maar helaas krijgt hij een ongeluk en zijn vrouw weigert haar bestaan te erkennen.
      Er rest Rosaleen niets anders dan naar een nonnenklooster in Ierland te gaan, waar zij verder zal worden geholpen. Niet wetende dat zij haar kind ter adoptie zal moeten afstaan. Voor de tweede keer belandt zij in een hel op aarde. In 1991 gaat de dan 30-jarige Kate op zoek naar haar biologische moeder.
     
Kate heeft zelf een dochtertje, maar worstelt al jaren met een bindingsangst die steeds sterker wordt. Haar huwelijk en gezinsleven heeft hier erg onder te lijden en dit moet afgelopen zijn.

Integere roman over de levens van drie vrouwen, van elkaar gescheiden door de tijd maar met elkaar verbonden door het lot.


Gerbrand Bakker: De kapperszoon (2022/299 pag.)

Simon is kapper in de Jordaan. De zaak is ooit gesticht door zijn opa, daarna kort gerund door zijn vader, en nu is hij de pineut. Simon is mensenschuw, mensen zuigen zijn energie op. Af en toe heeft hij een onenightstand met een andere man, maar een vaste relatie ziet hij niet zitten. Zijn moeder zit hem al teveel op z’n nek en speelt op zijn gemoed om dingen voor elkaar te krijgen, zoals haar helpen bij de begeleiding van verstandelijk beperkten tijdens een wekelijks zwemuurtje in het zwembad.
      Met zijn klanten vermijdt hij alle persoonlijk contact, laat hen maar praten, hij luistert wel. Maar één klant vormt hierop een uitzondering, een schrijver die getriggerd wordt door het verhaal over Simons vader die is omgekomen bij de vliegtuigramp op Tenerife in 1977, en zich afvraagt waarom diens naam dan niet voorkomt op alle herinneringsmonumenten. Vragen die zijn moeder nooit heeft willen beantwoorden en die Simon zelf ook wel eens opgehelderd wil zien.

Weer een, in zijn typerende stijl geschreven, intrigerende en vernuftige psychologische roman.

                  

                                

Veel leesgroeten van Martine van Bree-Jonink.


 

Klik HIER voor alle biebverhalen 



 

ROEPENDE IN DE WOESTIJN

(Door Marga de Graaf, bibliothecaresse te Bellingwolde)

Bestseller in de bieb: ‘Atlas’ het laatste boek in de reeks ‘De zeven zussen’ - van Lucinda Riley.
      U wilt het graag lezen? Dan bent u nummer 465 in de rij. Echt? Ja, echt.

Er is iets vreemds aan de hand in onze bibliotheek. Het is er stil, te stil, het is er nog nooit zo stil geweest. Bijna eng, surrealistisch.

      Ben ik de enige bibliothecaris die zich zorgen maakt over de teruggang van bibliotheekbezoekers? Welnee hoor, onlangs luisterde ik op Radio1 naar een bevlogen collega uit Amsterdam die het van de daken wilde schreeuwen dat er meer fysieke boeken naar de bibliotheken moeten stromen. In ons vakblad ‘Bibliotheekblad’ schreef een collega uit Almelo een brandbrief over dezelfde armoede - te weinig nieuwe boeken in de bieb. Blij verrast dat ik niet de enige roepende ben, ik weet het zeker - er zijn nog veel meer van deze bibliofielen onder ons. Maar ja, ons ‘geroep’ helpt geen ….

 

Foute afslag

Hoezo de bibliotheek op school? Eén van de foute afslagen sinds 2013. Waarom?
      Tien jaar geleden nog kwamen de leerkrachten met de kinderen naar de bibliotheek toe om boeken uit te zoeken, een hartstikke educatief uitje voor de kids en als bibliotheekpersoneel kon je ook nog eens leuke tips meegeven - zowel aan ‘de juf of meester’ als aan de jonge lezertjes. Dat te veel kinderen van nu steeds minder boeken lezen hoef ik niet te melden, het nieuws staat er bol van. Er verschijnen alarmerende rapporten vanuit het Onderwijs en de Politiek waarin gevraagd wordt om een oplossing - een Leesoffensief. Ahum. Ach en wee …. eigen schuld dikke bult …. Zeg Ik. Wel heel spijtig voor de kinderen.

      Want - Hoe meer je in een boek leest, hoe meer je je hersenen traint te onthouden. Een boek - lees: geen scherm. We zijn volgens mij met z’n allen een verkeerde weg ingeslagen, TomTom is stuk, ‘gooi maar uit het raam’ zou Bert Visscher zeggen.

 

Bla, bla, bla

Ben ik kritisch? Ja. Hoor ik mijn vrijwillige medewerkers klagen over de saaiheid van hun biebbestaan? Ja. Trek ik aan de bel van de provinciale collectievormers en bovenmanagers? Ja - al jaren tevergeefs. Hou ik van mijn werk? Ja. Daarom. En toch….zelfs ik raak teleurgesteld over de weg die de bibliotheek meent te moeten inslaan. Ik roep, wordt gehoord maar niemand luistert echt. Bla - bla -bla. Snik. Sorry lieve klanten.

      Was ik maar Aladdin met de wonderlamp, dan wist ik wel wat ik zou wensen.

     In tegenstelling tot deze Chinese kleermakerszoon heb ik slechts één wens: thematafels vol nieuwe boeken in alle bibliotheken waar onze lezers als bijen op de honing afkomen. Gezelligheid en zo veel meer.   

      En ja, ook ‘Atlas’ zou er liggen.

     Niet? Dan is het ook tijd voor een andere naam - niks Bibliotheek - Nepbibliotheek of zo.

      Een vriend zegt troostend: ‘Waar maak je je eigenlijk druk om. Over Duizend en één Nacht kijk je nog eens achterom en droomt lekker verder in de hangmat onder je eigen olijfboom in Portugal.
      Vóór die tijd heb je alle mooie papieren boeken in jouw zo geliefde bieb afgeschreven en zorgvuldig bewaard. Kun je je resterende leven zachtjes ritselend bladzijdes omslaan. Ben je eindelijk een bezienswaardigheid met je papieren boekie’.

 

 

Klik HIER voor alle biebverhalen 




 

De onbespeelbare Tornado Service

Toen ik zestien jaar was kreeg ik verkering met R. Wij zaten op dezelfde school; Het Lorentz Lyceum in Haarlem. Zij deed aan badminton. Niet op straat of het strand, maar echt. In clubverband bij Duinwijck, toen de beste club van Nederland. Ze was goed.
       Ik deed in die tijd fanatiek aan honkbal en speelde bij de junioren van EDO.
Wij keken naar elkaars wedstrijden en na een tijdje besloot ik om ook te gaan badmintonnen.

Ik leerde toen, dat in Europa vooral de Denen van hoog niveau waren en wereldwijd de Aziaten.
       Indonesië bijvoorbeeld en Thailand.

Het is dan ook een Deen, die voor grote opschudding gezorgd heeft in de niet zo heel grote badmintonwereld. De man heet Marcus Rindshoj en hij heeft na heel erg veel oefenen en proberen een service ontwikkeld, die vrijwel niet te retourneren is. Het is de zogeheten Tornado service.

      Kijk eens naar dit fimpje hoe die service gaat en wat men er zoal van vindt.

https://www.rtlnieuws.nl/nieuws/video/video/5385153/badminton-sport-tornado-serve-verboden-noah-haase

Veel spelers hebben inmiddels geprobeerd, een antwoord te vinden, maar het lukt niet. De methode is zo effectief dat ook andere spelers zich de service hebben eigengemaakt.
       Het spel wordt daarom saai. Een service gevolgd door een misslag van de tegenstander. Zo saai, dat de bobo’s van het internationale badminton inmiddels besloten hebben om de service voorlopig te verbieden.
      Een uiterst curieus besluit, want een sport zonder innovatie is in zekere zin een ‘dooie sport’’.
Ik zou zeggen: ‘Laat al die spelers zich uitputten om wel een antwoord te vinden op die service'.
      Het schaatsen werd beter na de uitvinding van de klapschaats, het hoogspringen ging vooruit, toen de Fosbury Flop werd geïntroduceerd. En bij honkbal zijn in de loop der jaren heel veel nieuwe vreemd draaiende, dansende en vallende ballen ontwikkeld, waar slagmensen aanvankelijk ook geen anrwoord op hadden.

Er zijn daar zelfs spelers met een handicap door groot geworden.

    

Kijk eens even goed naar deze oude foto. Hier ontbreekt iets. We zien een honkbalwerper, die de bal klemt tussen zijn wijs- en ringvinger. De middelvinger is ‘’verdwenen’’.Hij had een ongelukje gehad,
      Die werper was Dave Keefe, die tussen 1917 en ‘22 op het  hoogste niveau speelde voor de Philadelphia Athletics en de Cleveland Indians. Keefe maakte van zijn handicap een wapen door een zogeheten FORKBALL te ontwikkelen. Als je zo’n bal op deze manier gooit daalt ‘íe extreem.
      Gelukkig is die forkball nooit verboden geweest en heeft Keefe zijn loopbaan keurig kunnen afmaken.     

Na een jaar badminton dacht ik redelijk vooruit te zijn gegaan. Iedereen zei dat ook.
     Tot ik op een toernooi tegen een hoog aangeschreven Deen moest spelen. Dat had de vader van R. zo geregeld.
Het werd een enorme inmaakpartij. Hij sloeg die shuttle steeds zodanig, dat ik er niet bij kon of er geen antwoord op had. Maar ik dacht toen echt niet dat dit verboden moest worden.
      ''Een beetje meer trainen jongen'', zei de vader van R. "Dan komt het mischien toch nog goed''.

 

 

Geplaatst in april

 

30 april: Verhalen uit de dorpsbieb 118; Meitips van Martine

29 april: Groeten uit de Wereld17; Alle Verhalen

28 april: Groeten uit Oost-Duitsland; Alle Verhalen

27 april: Gehoorde frasen 455; Nieuwe Koningsdag

26 april: Poëzie 330: Wislawa Szymborska

25 april: Gehoorde frasen 454: Blingetje

23 april: Verhalen uit de dorpsbieb 117; Breien met de robot

22 april: Groeten uit de wereld; Alle Verhalen

21 april: Groeten uit Sudan; Alle Verhalen

20 april: Vindsels 168; Apache Gevechtshelicopter

19 april: Poëzie 329: Paul van Vliet

18 april: Atlas van de keinste landen 166; Pleasant Island (Nauru)

17 april: Groeten uit de wereld 15; Alle Verhalen

16 april: Groeten uit Indonesië: Alle Verhalen

15 april: Beelden 1143; Spektakel in mijn tuin

14 april: Verhalen uit de dorpsbieb 116: Oekraïense kids in de Bieb

13 april: Gehoorde frasen 453; Kwartiermaker

12 april: Home From Abroad 269; Trump's Indictment

11 april: Groeten uit de wereld 14; Alle Verhalen

10 april: Groeten uit Bolivia; Alle Verhalen

8 april: Vindsels 167; Parijs-Roubaix

7 april: Gehoorde frasen 451; Het grote gebeuren

6 april: Reportages 188; Bevers. koeien & woelmuizen

5 april: Verhalen uit de dorpsbieb 115; Apriltips van Martine

4 april: Verhalen van Els 25; Interview met Frans Hoogendoorn

3 april: Groeten uit de Wereld 13; Alle Verhalen

2 april: Groeten uit IJsland; Alle Verhalen

1 april: Algemeen 538; Geplaatst in maart

 

Subcategorieën