Poëzie (358)

 

‘’Komt Jan langs”

Jan Sierhuis wordt vandaag 92 jaar. Hij is een kunstschilder, die na de oorlog samen met onder meer Karel Appel, Corneille en Lucebert voor opwinding, aandacht en ook wel controverse zorgde.
       Hij was bevriend met Bert Schierbeek, die in 1974 een hommage aan hem schreef onder de titel Beginselen.
Eerste regel:  ’’Komt Jan Langs’’.

      Jan Sierhuis was nogal ingenomen met dit gedicht getuige zijn reactie, die ik heb gevonden op de site van de DBNL (Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren)

“Hij heeft die prachtige tekst geschreven bij dingen van mij, ‘komt Jan langs’. Ik was op een avond bij hem langs gegaan om hem tekeningen te laten zien waar ik mee bezig was. Het waren geen affe tekeningen, maar aanzetten welke kant het op moest, ideeën. Ik zei zoiets als ‘beginsels’. Je weet hoe dat gaat, we raakten aan de praat, tot diep in de nacht, en we hebben toch zeker een paar flessen wijn opgedronken, dus erg helder was het allemaal niet meer. Voor mij niet, althans, maar voor Bert kennelijk wel. Want een paar dagen later kwam hij dus ineens met die tekst, en daar stond alles in, precies zoals ik het gezegd had. Nee, niet eens precies zoals ik het gezegd had, er stond wat ik had willen zeggen. Dat kon ie.”

(Links Bert Schierbeek, rechts Jan Sierhuis)


Van Bert Schierbeek

Beginselen

Voor Jan Sierhuis

komt Jan langs
en zegt
zie je
ik heb tekeningen
dwz.
geen tekeningen
maar meer
Aanloopsels
zie je
wanneer ik dan later
wel of niet
iets doe.

daarom kom ik langs
omdat ik dacht
misschien
als je er naar kijkt
naar de beginselen
zou men kunnen zeggen
kun je er iets mee doen
omdat het beginsels zijn
niet af
met alles wat er in zit.
niet af.

omdat ik weet
wat de afbrokkeling is.

er is eigenlijk
niks gaaf.

het zijn torsen
op stranden

alleen de zee
is volledig
te groot
denk ik
voor een potlood
en neem de kwast
en maak er iets anders van
soms lukt dat

want je moet nooit vergeten
(en dat doe ik ook niet)
de mens is overvloeiend
en fragiel
van fantasie

soms denk ik
is het het idee
van volledig willen zijn
dat ons anvreet
en zo verandert
wat wij zien

wordt misschien
de afbrokkeling totaal
en blijft toch de zee
volledig

blijf ik zee
en brokstuk
en sta er tussen in

een razende kever
in een enorme mesthoop
alleen de stank is volledig
en ongrijpbaar

en toch ga je door
dat is je kracht
aanloopsels denk je
en wat het ooit
méér kan zijn

en dan
fragiel en overvloeiend
van werkelijkheidszin
gooi je papier en potlood
verf en kwast en doek op een hoop
en steekt er de brand in

zie je de as
en daarin de zee volledig
vol torsen het strand
dat is de waarheid
denk je
en begin je opnieuw

 

Klik HIER voor alle ZoekPoëzie


 

Ni dieu, ni maître!

In 1880 lanceerde de Franse socialist Louis Auguste Blanqui zijn tijdschrift ‘’Ni dieu, ni maître!”  
      Later werd dat een soort strijdkreet voor anarchisten.

Maar de slogan werd pas echt bekend toen Sophie Girault een chanson onder die titel  schreef, dat werd gezongen door Léo Ferré.  .  

Luister HIER naar ‘’Ni dieu, ni maître!’’

Hoe vertalen we dit?

‘’Noch God, noch meester’’, ligt voor de hand.
‘’Geen God, geen meester’’, zou ook kunnen.;
‘’Eigen meester, niemands knecht’’, lijkt mij beter. Laten we God ook met rust.


Van Sophie Girault


La cigarette sans cravate

Qu'on fume à l'aube démocrate

Et le remords des cous-de-jatte

Avec la peur qui tend la patte

Le ministère de ce prêtre

Et la pitié à la fenêtre

Et le client qui n'a peut-être

Ni Dieu ni maître

 

Le fardeau blême qu'on emballe

Comme un paquet vers les étoiles

Qui tombent froides sur la dalle

Et cette rose sans pétales

Cet avocat à la serviette

Cette aube qui met la voilette

Pour des larmes qui n'ont peut-être

Ni Dieu ni maître

 

Ces bois que l'on dit de justice

Et qui poussent dans les supplices

Et pour meubler le sacrifice

Avec le sapin de service

Cette procédure qui guette

Ceux que la société rejette

Sous prétexte qu'ils n'ont peut-être

Ni Dieu ni maître

 

Cette parole d'Evangile

Qui fait plier les imbéciles

Et qui met dans l'horreur civile

De la noblesse et puis du style

Ce cri qui n'a pas la rosette

Cette parole de prophète

Je la revendique et vous souhaite

Ni Dieu ni maître

 

Klik HIER voor alle ZoekPoëzie 


 

Hai Boer Hai


Van Eva Gerlach

Psalm

Het vriest. Het gras wordt zwart. Ik hou niet meer
zoveel van je als vroeger. Heer. Ik ken je
beter, dat zal het zijn. Toch, met dit weer
wordt het mij koud om het hart. Kom op, waar ben je?

Als ik de kans maar kon berekenen
dat ik je tref. Je zou de bank zien springen,
en het zou niets voor ons betekenen.
Wij zouden buiten ‘’Hai Boer Hai’’ gaan zingen.


Hai boer hai is het zevende en laatste onderdeel van de dichtbundel Verder geen leed van Eva Gerlach (1948).
      Het komt uit het lied in Gronings dialect: Ain boer wol naar zien noaber tou.

Luister HIER  naar de uitvoering door Imca Marina

  

Ain boer wol noar zien noaber tou

 

Ain boer wol noar zien noaber tou, hai boer, hai
Ain boer wol noar zien noaber tou, hai boer, hai
Zien wief, dij wol mit hom goan, dom, dom, dom, dai
Zien wief, dij wol mit hom goan, dom, dom, dom, dai

Nee, wief doe most toeze blievn, hai boer, hai
Nee, wief doe most toeze blievn, hai boer, hai
Most spinn'n en naai’n van dom, dom, dom, dai
Most spinn'n en naai’n van dom, dom, dom, dai

Dou boer weer in hoeze kwam, hai boer, hai
Dou boer weer in hoeze kwam, hai boer, hai
Zee ie: "Wief, wat hestoe wel doan?" Dom, dom, dom, dai
Zee ie: "Wief, wat hestoe wel doan?" Dom, dom, dom, dai

Moar 't wief dij kreeg bèrestok, hai boer, hai
Moar 't wief dij kreeg bèrestok, hai boer, hai
En sluig hom dou op zien kop, dom, dom, dom, dai
En sluig hom dou op zien kop, dom, dom, dom, dai

En boer gong noar zien noaber kloagn; Hai boer, hai
En boer gong noar zien noaber kloagn; Hai boer, hai
"Mien wief het mie op kop sloagn." Dom, dom, dom, dai
"Mien wief het mie op kop sloagn." Dom, dom, dom, dai

En noaber zee "Net ziezo, hai boer, hai
En noaber zee "Net ziezo, hai boer, hai
Mien wief dij dut krek ziezo" dom, dom, dom, dai
Mien wief dij dut krek ziezo" dom, dom, dom, dai

 

 Klik HIER voor alle ZoekPoëzie

 

Van J.P. Guépin


Over God

Ken je Sinterklaas?
Alleen in vermomming.

Dus, als hij onverhuld voor je staat,
als hij, nat en vies, smeekt doorgelaten te worden in je huis,
als hij, nederig, om een maaltijd bedelt?

Dan doe ik net of hij niet bestaat.


 

Van C.B. Vaandrager


Rotterdam

Kind: Waarom maken ze van die hoge gebouwen?
Oma: Dat vinden de mensen mooi, kind.


Een wolkenformatie

die ik dreigend zou kunnen noemen.


De wolkenformatie lijkt op iemand.


Het is alweer over.


Zo gaat dat met wolkenformaties

 

Subcategorieën

 

Twee maal de helft en een geel strikje