Reportages (189)
- Details
- Categorie: Reportages (189)
Voorjaar 2007
Een Jacquet voor Le Cheval blanc
Je kunt in Reims de boemeltrein nemen richting Châlons-en-Champagne.
Een ritje van ruim een uur.
Ongeveer halverwege ligt het dorpje Sept Saulx.
Het heeft een prachtig enigszins verloederd stationnetje.
VAN LINKS NAAR RECHTS
Je besluit uit te stappen en moet dan de rails oversteken.
Je wordt gewaarschuwd: kijk eerst naar links, dan naar rechts en steek pas dan over.
Gemeentehuis
Het dorp heeft een onopvallend gemeentehuis, dat aan een klein pleintje ligt.
Begraafplaats
Even verderop is het kerkje met de begraafplaats, waar ondermeer het graf van de familie Jacquet is.
BOM VAN DE VIJAND
Remi Jaquet was getrouwd met Eugénie Vallé. Hij overleed in 1896 en werd 83 jaar. Vrij oud voor die tijd. Zijn echtgenote werd maar 61 jaar.
Ze hadden twee zonen.
De oudste was François Remi, die ook al zo oud werd: 89 jaar; overleden in 1929.
Ook hij overleefde zijn vrouw Elise Cochut, want die werd 75. Overleden in 1924.
De tweede zoon Adzire werd 70 jaar. Maar hij raakte in 1914 tijdens de eerste wereldoorlog zwaar gewond door een vijandelijke bom.
Zijn echtgenote Alice Bertrand werd 83 jaar en overleed in 1934.
Kennelijk hadden zij geen nageslacht.
De Profundis staat er op het graf. (Vanuit de diepten; psalm 130).
ZEVEN WILGEN
We leren dat Sept Saulx niets anders betekent dan zeven wilgen. En dat het iets meer dan 500 inwoners heeft.
En…. we worden dringend geadviseerd om een hapje te eten in hotel-restaurant Le Cheval Blanc.
Een -zo leren we verder- vermaard restaurant, dat ooit zelfs een Michelin-ster had.
Specialiteiten: Écrevisse au Champagne en Brochet au beurre champenois.
Je zult weten dat je in de Champagne bent.
STRAFREKENING
Als je vooraf geen champagne neemt maar een glaasje wodka, rekenen ze daar voor straf 12 Euro voor.
De kamers van het hotel liggen mooi aan een parkje en zijn knap gehorig.
De volgende dag ga je naar Châlons-en-Champagne, dat tot 1998 nog gewoon Châlons-sur-Marne heette.
Je komt dan door aangename landschappen.
- Details
- Categorie: Reportages (189)
Redding & Risico
Ik zat in een Zoom-sessie. Het ging over bepaalde ontwikkelingen op de Hoeksche Waard, een Zuid-Hollands eiland onder Rotterdam. De voorzitter had een soort vergadertraining gedaan, want het was zijn bedoeling dat een ieder ter inleiding moest vertellen wat zijn of haar favoriete plek op dat eiland was. Tja.
Ik woon daar al zo’n kleine vijftig jaar en dan heb je natuurlijk diverse plekken, waar het mooi, aantrekkelijk dan wel aangenaam is.
Maar het kwam er niet meer van, want de eerste deelnemer begon enthousiast te vertellen over het haventje van Puttershoek. Dat bleek een prettig herkenningspunt voor nogal wat andere vergaderaars, want het ging een minuut of tien nergens anders over.
Eerlijk gezegd had ik niet zo’n beeld van die haven, dus ik nam mij voor om er snel naar toe te gaan.
Oud & klein
De haven van Puttershoek is klein. Heel klein. Stamt uit 1629.
Er lagen twee schepen met de opmerkelijke namen Risico en Redder.
Redder
't Veerhuys
Mooie panden langszij en op de kop café ‘t Veerhuys. Inderdaad: dezelfde herberg waar Kees Verkerk opgroeide. De schaatser, die het dorp tot ver over de grenzen bekend maakte. Er is nog steeds een voet- en fietspontje van Puttershoek naar Zwijndrecht.
Actie
De huidige eigenaar voert met dit bord actie. Mark Rutte en Hugo de Jonge als makelaars van kwalijke zaken.
Buitengaats
De Zeeland
‘’Buitengaats’’ bleek in de Oude Maas een ander soort haven te liggen. Daar was een grote tanker aangemeerd en er lag een fors zeilschip. De Zeeland. Een evenementenschip, dat je kunt huren om rond te varen, te vergaderen of een feestje te houden. Je kunt er zelfs op trouwen.
Het zicht op de (getijden)-rivier is afwisselend.
Je kunt er vogels spotten -meeuwen en aalscholvers bijvoorbeeld- en er komen voortdurend schepen langs.
- Details
- Categorie: Reportages (189)
Voorjaar 2012/2016
Een dorp ontwaakt
Einde weg
Vásárosbéc is een klein dorpje in het zuidwesten van Hongarije. Zo’n 200 inwoners, waaronder veel zigeuners.
En een klein contingent Nederlanders. De weg gaat hier niet verder.
Bushalte
‘s Ochtends vroeg verzamelen mensen zich bij de bushalte om naar het werk te gaan in het dichtstbij gelegen stadje Szigetvár.
Of nog 35 kilometer verder naar Pécs.
Andere mensen komen bij elkaar omdat ze van de overheid gedwongen worden om te werken voor hun uitkering van 160 Euro per maand.
Tachtig procent van de mensen heeft geen werk
De beesten
Je hoort om zeven uur in de ochtend genoeg geluiden.
Veel mensen hebben kippen, parelhoentjes of andere gevleugelde dieren. Voor de eieren en het vlees.
Er worden varkens gehouden en er zijn honden.
Veel honden
Tegenstellingen
De tegenstellingen zijn groot. Sommige huizen zijn in zekere staat van ontbinding.
Met rommelige erven
Andere huizen staan er beter bij.
Café
Het café is al open.
Er wordt gebiljart en gedronken.
Mannen geven hier een vrouw geen hand. Ik heb daar nog nooit iemand over horen klagen.
Als je even een praatje met iemand maakt word je gevraagd om op je nuchtere maag een Palenka te drinken (ca. 40% alcohol).
Palenka
1955
‘Hier bleef het altijd 1925’, schrijft Geert Mak in zijn monumentale werk In Europa.
Zelf ben ik er nu de laatste twintig jaar zes keer geweest
Misschien is het er inmiddels 1955, maar ook na de aansluiting bij de Europese Unie in mei 2004 is hier niet zo gek veel veranderd.
Watervoorziening
Neem de watervoorziening.
Lang niet iedereen heeft water. Men haalt het dan uit een put.
En als men water uit de kraan heeft, blijkt dat zo ernstig gechloreerd dat het niet te drinken is.
Daarom komt iedere week DE WATERMAN langs. Mensen die het betalen kunnen zetten hun lege flessen aan de kant van de weg. De waterman zet er dan weer volle flessen voor in de plaats.
Mineraalwater met bubbeltjes. Flessen van 1.35 liter. Dat kost 55 Hongaarse Forint per fles, ongeveer 18 Eurocent.
- Details
- Categorie: Reportages (189)
De Schelphoek, nationaal Park Oosterschelde
Bontbekplevier & doorzichtige zakpijp
Er liggen schorren en slikken. Stranden, duinen en eilandjes. Het barst er van de kustvogels, die broeden en fourageren. Niet alleen meeuwen en ganzen maar ondermeer ook visdiefjes, dwergsterns en de bontbekplevier.
Diep onder water zit -staat tenminste op een bordje- ondermeer snotolf , doorzichtige zakpijp en zeedruif. Restanten van De Ramp uit 1953 zijn overal zichtbaar.
Dit is het nationaal park De Oosterschelde aan de zuidzijde van Schouwen-Duiveland tussen Zierikzee en de Noordzeekust.
Werkhaven
Hier bij De Schelphoek was de werkhaven voor de aanleg van de Oosterscheldedam. Die dam bestaat uit vele duizenden van deze stenen blokken.
Via een kabelbaan werden ze in het water gestort en als er teveel wind was werd een Sikorsky helikopter ingezet, die drie blokken tegelijk in een net kon vervoeren. Dat was een zeer spectaculair gezicht. Ik heb dat destijds namelijk zelf gezien.
Achterland
Bij De Ramp werd hier in de dijk een gat geslagen van 525 meter breedte. Vijftien mensen verdronken; 22 huizen gingen verloren.
Achter de nieuwe Ringdijk herinneren plassen en meertjes aan die doorbraak.
Zwaluwen & vleermuizen
Dit is het dak van een zogeheten Phoenix Caisson. Die werden drijvend naar de doorbraakplek gesleept waarna ze werden afgezonken.
Op het dak roosters en gaatjes voor zwaluwen en vleermuizen.
Koudekerke
Er is een uitkijktoren, waar je de landschappen in alle richtingen ziet verdwijnen.
In de verte de zogeheten plompetoren van het voormalige dorp Koudekerke. Dat werd zodanig door het Oosterscheldewater bedreigd dat de autoriteiten in 1583 besloten om dorp en kerk te slopen. Alleen de toren bleef behouden.
Verdronken dorpen
Koudekerke (5) is dus niet het enige verdronken dorp. Hier alle plekken op Schouwen-Duiveland.
De toren
Het achterland bij de toren
- Details
- Categorie: Reportages (189)
Rode zeekraal buitendijks
Kijk eens naar die rode gloed. Wat is dat?
Locatie: De Kwade Hoek in het noordwesten van het Zuid-Hollandse eiland Goeree-Overflakkee. Een zeer bijzonder natuurgebied, dat bij de uitvoering van de Deltawerken buitendijks is gebleven. Daardoor is er een sterke getijdenwerking, waarbij zeewater voortdurend naar binnen stroomt.
Zoutwatervegetatie dus. Het rooie spul is zeekraal.
Er worden kreken en geulen gevormd, er zijn valleien, schorren en slikken en er ontstaan en verdwijnen steeds nieuwe duinen.
Route
Je kunt er komen door vanuit het plaatsje Goedereede naar het Havenhoofd te gaan en dan de route volgen naar de (linker) parkeerplaats.
(Niet de Stellingweg nemen, want die is alleeen voor bestemmingsverker).
De wandelroute ten noorden van de parkeerplaats is de mooiste.
Als je het pad ten westen van de parkeerplaats neemt kom je over een kilometer of vier/vijf in Ouddorp.
Je kunt dan over het strand weer terug.
In de zomer lopen er koeien, die de begroeiing op veel plaatsen kort houden. Dat trekt in het najaar weer duizenden ganzen aan.
Omdat het gebied regelmatig onder water loopt is er een grote diversiteit aan planten, struiken, kruiden en bloemen. Op informatiebordjes lees ik dat hier op de zoete ondergrond heelblaadjes en parnassia groeien en op de zoute ondergrond naast zeekraal ook zeepostelein en zeeaster. Er groeit duizendguldenkruid, melkkruid en zilt toskruid. In de duinvalleien bloeien in het seizoen duizenden orchideeën.
Kreken en plassen
In de kreken en plassen zitten jonge haring, garnalen en bot en in de wat meer open vlaktes broeden weidevogels waaronder tureluurs, grutto’s en veldleeuweriken. Verder zitten er onder meer scholeksters,lepelaars en kramsvogels.
Pad naar zee
Je kunt via de duintjes bij het strand komen.
Duindoorn
De stekelige duindoorn wordt door vee en andere grazers als herten en reeën gemeden.
Daardoor zijn ze weer interessant als broedplaats voor zangvogels als de roodborsttapuit, nachtegaal en grasmus.
En van de bessen kun je lekker sap maken.
Verlos de Zee
Je kunt Natuurmonumenten helpen door af en toe wat rotzooi op de ruimen.
Ze hebben er zelfs een kruiwagen voor neergezet.
Subcategorieën
Reportages Aantal artikelen: 63
Pagina 4 van 27