1a. Rotterdam: Een haven met een stad

1b. Kobe: Een stad met een haven

In juli 1981 monsterde ik voor een radioprogramma van de VPRO aan op de Nedlloyd Madras, een groot containerschip dat van Singapore naar Kobe in Japan zou gaan. Officieel was ik matroos, maar het was niet de bedoeling dat ik ook maar iets zou poetsen of schoonmaken. Daar waren Indonesiërs en Filipijnen voor, die in onze ogen een schijntje verdienden, maar voor datzelfde bedrag in hun geboorteland een hele familie konden onderhouden.

Ik kende de haven van Rotterdam goed. In mijn jaren tussen 1971 en ‘1978 als correspondent voor De Volkskrant in die stad kwam ik er wekelijks diverse malen. Ik raakte er gefascineerd door.
      Containers waren er in die tijd relatief nog weinig. Stukgoed. Zakkendragers. Classificeerders. Haventerreinen, scheepswerven, chemische industrieën, raffinaderijen. Kroegen, hoeren en zeemanshuizen. 
      Bedrijvigheid op het water, schepen, tankers, loodsen, slepers, parlevinkers, politieboten; kades, kranen en het verlangen of de heimwee naar verre oorden.
      De geuren: kruiden, specerijen, natte huiden. Balen katoen, koffie, boomstammen.
Maar vooral ook in die tijd: stank, vervuiling, smerig water, rook en roet. 

Rotterdam was in 1981 veruit de grootste haven in de wereld. Toen ik hoorde dat ik van Singapore (destijds derde haven van de wereld) naar Kobe (de tweede) zou gaan, vervulde mij dat van een diep verlangen om eens te kijken, hoe die havens eruit zagen. Ik wilde wel eens vergelijkingen trekken.

Singapore viel tegen. Aangeharkt en netjes.Veel kleiner dan Rotterdam. Minder bedrijvigheid. En vooral: relatief weinig schepen en scheepvaartverkeer. Het stonk er niet eens.
      Acht dagen later in Kobe viel het mij op hoe dicht bij de stad wij aanmeerden. Toen ik aan de kapitein vroeg of ‘dit alles was’ zei hij. ’Ja dit is alles. Als je direct naar de stad gaat en je trekt de heuvels in kun je de hele haven overzien. Dat is het grote verschil met Rotterdam. Dat is een haven met een stad. Kobe is een stad met een haven’.

 

2. Kobe-Tokio per Bullet

De bemanning van het containerschip had het al verteld. ''Als je naar Tokio moet, neem je de bullet. Dat is een ongekende ervaring''.
    

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 


Ze hadden gelijk.
       Lang voordat wij in Europa hoge snelheidslijnen hadden, reden die al in Japan. Dat was in 1964 begonnen.

Op het station van Kobe was het ontzettend druk. Maar toen de trein arriveerde begon niemand te dringen. Men stond keurig in gelid en wachtte rustig op zijn beurt  om in te stappen. 
      De trein ging hard. Heel hard.  Hij stopte maar een paar keer. In Osaka, Nagoya en Yokohama.
De andere plaatsen vlogen voorbij, wanr de bullet reed via verhoogde lijnen over de stations heen.
Van het landschap heb ik niet eens zo veel meegekregen. De mensen in de trein hadden meer mijn aandacht.
Men converserde wat, boog naar elkaar, las strips en lachte veel. Een enekeling probeerde een gesprek te beginnen in vrijwel onverstaandbaar Engels. We waren naar mijn gevoel in een mum van tijd in Tolio.

 


3. Molens & tulpen bij Tokio



Binnenkort gaat in Lisse de Keukenhof open. Vorig jaar kwam er meer dan een miljoen bezoekers.
     
Daaronder veel elkaar fotograferende Japanners. Toch is het voor die mensen niet echt nodig om daarvoor zo’n verre reis te ondernemen. Op twee uur rijden van Tokio ligt bijvoorbeeld het Hitachi Seaside Park. Veel tulpen daar. En molens.
      De foto hierboven is daar gemaakt en niet in de Keukenhof.


Sakura tulpen feest

                

En naar Kinderdijk hoeven ze ook niet te gaan, want veertig kilometer ten oosten van Tokio bij Sakura staat te midden van tulpen deze Hollandse molen met de naam De Liefde. Vernoemd naar het eerste Nederlandse schip dat in 1598 Japan aandeed.
      In april wordt daar het Sakura Tulpen feest gehouden.

  

De wieken van dit soorrt molens draaien tegen de klok in. Dat geeft op deze manier gedoe, want de Nederlandse vlag hangt soms goed; dan weer fout. 

 

 

4. De visser van Ma Yuan

Ik kwam het toevallig weer eens tegen: Visser van Ma Yuan, een mooi en bijzonder gedicht van Lucebert.

Het gaat zo:

Visser van Ma Yuan

Onder wolken vogels varen
onder golven vliegen vissen
maar daartussen rust de visser

Golven worden hoge wolken
wolken worden hoge golven
maar intussen rust de visser


Angler on a Wintry Lake

  

Ma Yuan is ėėn van de beroemdste Chinese schilders. Hij leefde van 1160 tot 1225. In 1195 schilderde hij zijn Angler on a Wintry Lake (Visser op een winters meer).
      Het hangt niet in China, maar in het Tokyo National Museum Japan.
Lucebert moet erg getroffen zijn geweest, toen hij een copy van dit schilderij zag.

Op Internet buigen allerlei deskundigen zich over dit gedicht.
      Want wat bedoelde hij er eigenlijk mee?   


Ach; kijk gewoon naar het schilderij, lees het gedicht, luister hoe Lucebert het in dat mooie ritme zelf voorleest en trek uw eigen conclusies.
      Hij leest vijf gedichten, maar als u ongeduldig bent en alleen naar ‘’De Visser’’ wil luisteren ga dan naar 1’17” .