Zomer 1988. PLO-kantoor Tunis

1. Wachten op Yasser Arafat

INTIFADAH 

De eerste Intifadah in Gaza en op de Westbank was toen op een hoogtepunt. Israël had verordonneerd dat het hoofdkantoor van de PLO van Libanon naar Tunis moest verhuizen. Daar werd in april in zijn huis één van de hoogste Palestijnse leiders Abu Jihad vermoord door leden van de Israëlische geheime dienst.
      Wij arriveerden ruimschoots op tijd bij het zwaar bewaakte kantoor, werden uitvoerig gefouilleerd en daarna ontvangen door Bassam Abu Sharif. Hij was een kleine man, liep mank, miste een arm en had enorme littekens in zijn gezicht.

      Hij had namelijk op het verkeerde moment een bombrief geopend.

Do yoy want a cold bear?

‘Do you want a cold beer?’, vroeg Bassam.
Die vraag zou hij de komende drie uur nog diverse malen herhalen, want al wie er kwam: niet Yasser Arafat.
      De woordvoerder verontschuldigde zich met een glimlach om zijn lippen. Het ging namelijk wel vaker zo met meneer Arafat. Hij was immers een drukbezet man. Bovendien moest van tevoren niet duidelijk zijn waar hij was, want dan liep hij grote risico’s.
We moesten de volgende dag maar even bellen. Dan konden we een nieuwe afspraak maken.
      Gerard Jacobs, die jarenlang in het Midden Oosten als correspondent voor De Volkskrant had gewerkt, beaamde dat het wel vaker zo ging. Volgens hem zou het allemaal wel in orde komen.
Terug in het hotel bleek het trouwens niet in orde met zijn kamer. Er stond zeker een centimeter water, want het bad in de kamer een verdieping hoger was overgelopen en het water was door het plafond gelekt.Toen Gerard een andere kamer vroeg stelde de receptionist in eerste instantie voor om een paar klossen onder het bed te zetten. Dan zou hij het toch ook droog houden.

VLIEGTICKETS

DE HEILIGE DAG


TACTISCH & STRATEGISCH  

Arafat had tevoren zo’n zestig landen bezocht onder andere om na te gaan of hij steun kon verwerven voor zijn staat. Al dat gereis had hem geleerd, dat hij het nog beter even kon uitstellen. Nog een jaartje onderhandelen met Israël leek hem in alle opzichten vooral tactisch en strategisch beter.
      Bovendien was het een slimme politieke beslissing. Op 17 mei in datzelfde jaar waren er verkiezingen in Israël.
De rechtse premierkandidaat Netanjahoe had zich opnieuw populair kunnen maken met dreigementen tegen de eenzijdig uitgeroepen Palestijnse staat. Nu moest hij het afleggen tegen Ehud Barak, de leider van de Arbeiderspartij, tevens de partij die de Oslo-accoorden tot stand bracht.

Een strateeg dus die Arafat.
      Palestina mist hem nog steeds.

EERVOLLE AFGANG

En gelukkig hoorden we later dat we bepaald niet de enige journalisten waren, die vergeefs op hem hebben gewacht. Eigenlijk waren we in die roerige dagen een soort bliksemafleiders geweest.
      Laten we het maar op een eervolle afgang houden.

 

2. Harissa & Merguez worstjes

In de zomer van 1988 zat ik op een terrasje in de binnenstad van Tunis. Het was lekker weer. Vrijwel alle mannen hadden een bloem achter hun oor. De vrouwen waren gehuld in uitbundige kleuren. Het was er druk en chaotisch.
      Ik was in een goede bui, want een half uur tevoren had ik net kunnen voorkomen dat mijn tasje met geld, paspoort, creditcard en bankpasjes geroofd werd. Een jongen van een jaar of vijftien, zestien was achter mij aangekomen en trok ineens hard aan de draagriem, die om mijn schouder zat.  Het lukte niet en de jongen rende weg.,
       

Wat is harissa?