Van Kees Manders

 

M'n wiegie was een stijfselkissie

 

De ooievaar kwam aangevlogen

Me moeder keek angstig omhoog

Ze was bezig koppies te drogen

Toen íe bij ons binnenvloog

 

Refrein:

Me wiegie was een stijfselkissie

Me deken was een baaien rok

Het kissie was versierd met strikkies

Me warreme kruik zat in een ouwe sok.

 

Me  moeder, ze leefde heel sober

Ik kwam in een moeilijke tijd

't Was op de achtste oktober

De ooievaar, die moest me kwijt


(refrein)

 

Veel mensen die willen niet weten

Waar of toch hun wieg heeft gestaan

Maar ik ben 't echt niet vergeten

De mijne stond in de Jordaan

 

(refrein 2x)

 

Kees Manders schreef dit lied in 1956 voor zijn vrouw Rika Jansen.
      Zij zong het onder haar bijnaam Zwarte Riek.

Luister er naar en let op dat ''het (versierde) kissie'' in het refrein in deze versie is vervangen door 'me (versierde) wiegie''

 

Het was een kleine wereld in de Jordaan toen.

Kees Manders was een broer van Tom Manders, beter bekend als de cabaretier Dorus (Twee motten).

Zwarte Riek was een zus van de zangeres , die optrad onder de naam Maria Zamora (Mama, el Bayon).

Johnny Jordaan (Jordaanwals, Bij ons in de Jordaan, een Pikketanussie) was op het hoogtepunt van zijn roem en zijn neef Willy Alberti (De glimlach van een kind) zou zo mogelijk nog groter worden.

Ook Tante Leen (Oh Johnny) en (Aan de Amsterdamse grachten) maakte in die tijd furore.