Een uiterst controversieel honkbalboek: BALL FOUR

Jim Bouton is overleden. Hij werd 80 jaar. 
      Hij is auteur van het best gelezen, meest verguisde en meest geprezen baseballboek aller tijden: Ball Four..
Bouton was zelf een goede werper.   
      In januari 2008 schreef ik het volgende stukje over hem:

 

Greenies en Beaver-Shooting

Dit is geen recente uitspraak over dopingpraktijken in het Amerikaanse honkbal. Nee! Het komt uit Ball Four, het best verkochte honkbalboek aller tijden (zes miljoen exemplaren).

Image                                                                                     CONTROVERSIEEL
Dit boek verscheen in 1970 en is van oud big league pitcher Jim Bouton, die in zijn grootste tijd speelde bij de New York Yankees. Het is in dagboekvorm geschreven toen hij in zijn sportieve najaren (1969) nog actief was bij de Seattle Pilots, een team dat niet meer bestaat. Bouton (spreek uit als in Gouda) is zeer openhartig in dit boek. Het is uiterst controversieel. Hij ontziet niets en niemand en schrijft waarheden, die spelers, bestuurders, coaches en een deel van het publiek niet wilden horen.
      Het gaat over wancontracten die spelers voorgelegd krijgen, vloeken en kankeren, over beaver-shooting vanuit de dugout (dames van onderen bekijken door gaatjes en spleetjes die in het dakje zijn aangebracht), over Baseball Annies en hoe makkelijk die te versieren zijn (’We prefer wham, bam, thank-you-ma‘am affairs‘), over racisme, onderling totaal verstoorde en gestoorde verhoudingen, vals spelen, hoe tegenstanders geïntimideerd kunnen worden, hoe slagmensen soms expres een bal op het lichaam gegooid krijgen, drank- en dus ook dopinggebruik.

BOEKVERBRANDING  

Bouton werd verguisd door het grootste deel van de sportpers en door vrijwel alle Major League spelers. Er waren bibliotheken, waar het boek verboden werd, in de kleedkamer van de San Diego Padres werd het -met de pers erbij- publiekelijk verbrand. Jonge honkballertjes mochten het van hun ouders niet lezen, maar kropen met het boek in bed.
      Pete Rose, een fantastische honkballer, die later voor het leven geschorst werd omdat hij had gegokt op het team waar hij coach van was, riep toen hij tegenover Bouton stond keihard: ‘Fuck You, Shakespeare‘.
      Jarenlang mocht Bouton niet verschijnen op de jaarlijkse Oldtimers Day van de New York Yankees en om aan te tonen wat voor ‘schoft’ hij was schrijft Bouton, dat de volgende personen daar wel mochten komen: ‘muggers, drug addicts, rapists en child molesters‘.
      Jim Bouton wist natuurlijk zeer goed waarover hij schreef. Hij maakte in 1962 zijn debuut bij de New York Yankees en won het jaar daarop maar liefst 21 wedstrijden (uitzonderlijk veel). In 1964 speelde hij in de All Star game en won in het seizoen 18 wedstrijden.
      Daarna raakte hij geblesseerd en speelde nog een aantal seizoenen met matige resultaten. Maar omdat zijn arm geblesseerd was, heeft hij van alles geprobeerd om van de pijn af te komen.
      ‘I ‘ve tried a lot of things through the years -like butazodolin, wich is what they give to horses. And D.M.S.O. -dimethylsulfoxide. It’s not available anymore, though. Word is it can blind you.
I’ve also taken shots -novocaine, cortisone and xylocaine‘.
     
En dan zijn er de befaamde greenies (dextroamphetamine), peppillen, die veel spelers slikten alsof het snoepjes waren. (‘A lot of baseball players couldn’t function without them’).

Ander citaat:

En nog één:

Het is overigens bepaald niet zo, dat Bouton alleen maar negatief is. Integendeel. Hij schrijft met veel liefde over zijn sport. Over techniek & tactiek, samenwerking, intuïtie, spelinzicht, improvisatievermogen en de sensatie, die je als speler ondergaat wanneer het goed gaat. Wanneer je als werper de big W achter je naam krijgt als je een wedstrijd wint. En het nagenieten als je de wedstrijd nog eens doorneemt.