Puppy

(Door Iris Driessen)

Tijdens samenwerkingsopdrachten werkt ze alleen. Ze werkt heel goed, maar wel alleen. Alle andere meisjes in haar klas zijn met elkaar bevriend. Ze praten over het concert van Ed Sheeran, zetten alles continu op Snapchat en ze dragen make-up en strakke broeken. En ze sluiten haar buiten. 
      Zij doet dit allemaal niet. Ze zit bijna altijd alleen. Want ze houdt van paarden. Ze draagt t-shirts met lachende poesjes en een skinny zit haar te strak. 
      Met de jongens uit de klas kan ze goed overweg. Maar ze is niet one of
the guys. Jongens werken wel graag met haar samen, omdat ze dan ook echt aan het wèrk zijn. Maar ja. Jongens zijn ook heel vaak niet aan het werk, dus dan is ze weer alleen. 
      Ik zit naast haar en ik praat met haar. Ze wil graag extra opdrachten en alvast werk van het volgende jaar doen. ‘Dan ben ik tenminste bezig en leer ik iets. Want andere dingen kan ik toch niet doen. Dus dan ga ik me maar bezig houden met schooldingen'.
       Schooldingen. Er zijn zoveel dingen die tijdens school veel belangrijker zijn dan schooldingen. Maar dat soort dingen gaat aan haar voorbij. Dus dan maar schooldingen doen. 
      ‘Hèb je wel een vriendin hier op school?’, vraag ik. 
Ja, die heeft ze wel, maar zij is twee jaar jonger. Dus die ziet ze alleen tijdens de pauzes. 
      ‘Mijn beste vriend is eigenlijk mijn nieuwe puppy.’ 
Veertien jaar. En je beste vriend is een hond. Ik hoop dat haar puppy een grote sterke hond wordt. Zo groot, dat ze op zijn rug kan zitten. En dat ze zo naar school komt. En dat iedereen heel Snapchat volzet uit jaloezie. 
      En dat die hond een voorliefde heeft om te bijten in meisjesbillen in skinny jeans. 


Zie HIER voor Alle Juffen