Een oude stad van spekjes & korstjes

 

Turnhout, hoofdstad van de Vlaamse Kempen is volgend jaar cultuurstad van Vlaanderen.
      Daar is een reden voor, want de stad bestaat dan 800 jaar.
Ik had op de Grote Markt van Turnhout wel eens een salade met grijze garnalen gegeten.
      Maar het was me toen niet opgevallen dat de stad al zo oud was.

 

 

Metamorfose

Ik ben er maar weer eens gaan kijken.
      En als er dan één ding duidelijk wordt: men is nog zeer druk bezig om de binnenstad klaar te maken voor het feest. Vooral op de Grote Markt. Maar -zoals iedereen mij verzekert- het komt allemaal op tijd klaar en het plein zal dan een metamorfose hebben ondergaan.

 

 

Stadstuin

Samen met de bevolking zijn de plannen gemaakt.
      Er komt een aantal poorten van en naar de Markt, een voetgangersdomein, nieuwe terrassen, een fontein en een stadstuin.
Parkeren op de Markt zal vanaf volgend jaar niet meer mogelijk zijn.

 

 

Sint-Pieterskerk

Wordt het ook mooi?
     
Eerlijk gezegd heb ik mijn twijfels.
Midden op de Grote Markt staat de Sint-Pieterskerk. Zeer centraal zodat de Markt een soort kerkring is.
      Die kerk is een kerk waarvan je zegt: ‘Ach; het is een kerk’.
Niets bijzonders eigenlijk.

 

 

Herenhuizen

En ook de panden rond die kerk zijn weinig opmerkelijk.
      Een paar mooie herenhuizen uit de negentiende en twintigste eeuw.
En dan is er het nieuwe gemeentehuis uit 1960, dat ook geen al te grote indruk maakt.
      Van 800 jaar geschiedenis is hier allemaal niets terug te vinden.
De Turnhoutse Markt is vooral leuk, omdat er veel horeca is en er aangename terrassen zijn.
      Daar kun je niet alleen salades met grijze garnalen krijgen, maar bijvoorbeeld ook salades met spekjes en korstjes.

 

 

Hollands gezeur

Het is altijd een beetje lullig om als Hollander te zeuren over een stad in België.

(Ik kom uit Haarlem en daar is ook een Grote Markt. Die Markt heeft allure. Een markant stadhuis, de Vishal, De Vleeshal en bovenal De Sint Bavo, een prachtige monumentale kerk. Het mooiste plein van Nederland.)

 

Daarom moet u eens iets lezen van de Vlaamse schrijver Johan van Nijen (Turnhout 1942), die opgroeide in Het Toreke, een pand aan de Grote Markt dat afgebroken werd.
      ‘Alles’, schrijft Van Nijen, ‘alles werd afgebroken in Turnhout: Het oude Stadhuis, ’t Oud Gasthuis, het Toreke, Hotel Grand Minarque, de Jezuïetenkerk, ’t kerkje van Zevendonk, Café Scala etc.’

In zijn nog te verschijnen roman Veranderingen schrijft Johan van Nijen een hoofdstuk aan zijn zoon:

‘… Het Oude Stadhuis, voorgoed weg!

Helaas, luidt nu de officiële klok, werd het Oude Stadhuis afgebroken. Ja, u hebt spijt, grote spijt, onvoorstelbaar grote spijt, geachte heren, het is dan ook ontzettend dom dat u het Oude Stadhuis hebt afgebroken. Maar spijt alleen volstaat niet. Er moet ook een boetedoening gebeuren. En wat kunt u beter doen dan het oude Stadhuis weer op te bouwen. Hip, hip, hoera! We beginnen eraan. Subito Presto’.


Van Nijen heeft natuurlijk een soort haat-liefde verhouding met Turnhout.

Verderop in de stad bijvoorbeeld staat het geheel gerestaureerde Kasteel van de hertogen van Brabant (12e eeuw) nog fier overeind. 

Van Nijen:

‘Heel, heel lang geleden mijn jongen, toen de Kempen nog groen waren, vol bossen van de ene einder tot de andere horizon waarin het wild ronddartelde besloten de heren hertogen die graag  jaagden en een lekker stukje wild op hun bord prefereerden boven een bord linzensoep zoals de autochtonen toen, heel lang geleden dus besloten die heren hier een jachtoptrekje te bouwen, zodat ze zich de vermoeiende reizen heen en terug Brussel/Mechelen-Turnhout konden besparen. Geef toe, mijn jongen, het is een jachtoptrekje dat er gerust mag zijn, dat gezien mag worden, dat is het minste wat je er van kunt zeggen’.

 

Foto: Ricardo Liberato 

 

Kasteel

Maar dan komt de anti-climax:

‘Is de Sint-Pieterskerk de lelijkste kerk van België , dan is het kasteel zonder twijfel één van de mooiste kastelen van België. De trots van iedere Turnhoutenaar. Alleen, hij mag er niet in. Behalve als hij wat op zijn kerfstok heeft. Het kasteel is namelijk gerechtshof.

Na de heren hertogen kwam een ander ras, boven het volk verheven, het kasteel bezitten: de heren rechters. Hoe is het in godshemelsnaam mogelijk?! Het gerecht in een kasteel! De laatste plaats waar een gerecht thuishoort, is in een kasteel’.

 

En de auteur eindigt met:
      ’Amaai, mijn jongen, dat was een lang betoog. Kom, we gaan nog ergens iets drinken’.

 

 

 

Streekbieren van *t vat

En doe dat dan maar op één van die terrassen op de Grote Markt. Streekbieren zijn er genoeg.
     
Streekbieren van ’t vat en streekbieren op fles.

Volgend jaar bestaat Turnhout 800 jaar. ‘t Schijnt echt waar te zijn!

                                   Santé ..