EEN DAG MET ALLES OF MET NIKS
(Door Peter Flik, photosooph te Hongarije)
Ik heb er al eens eerder over geschreven, maar nu nog een keer. Alleen maar omdat onze gasten ALTIJD met die vragen komen. WAT DOEN JULLIE IN GODSNAAM DE HELE DAG? Of: DAT PLATTE LAND IS DAT WAT?
Daar gaan we dus weer, met een beschrijving van de dag van gisteren.
Gewoon opstaan, douchen en ontbijten. Men moet ergens mee beginnen. Er ligt een enveloppe op tafel. Het betreft een brief van Vodafone met twee rekeningen. De eerste is de maandelijkse afrekening, maar die wordt automatisch via een bank afgeschreven dus daar hoeven we verder niet op te letten. Maar de tweede rekening is wel heel erg raar; het gaat om een bedrag van honderdvijftig euro. Waar is dat voor. Bellen met vrienden. Kijk P. zegt één van hen, je bent weer eens buiten je bundel gegaan en dat brengen ze je in rekening. Het leek me wel mogelijk: elke dag een uur muziek beluisteren via Spotify en je bent zo over je limiet heen. Betalen dus. Maar hoe? Er staat geen rekeningnummer bij. Naar de Vodafone winkel in de stad. Ik heb er geen zin in, want het personeel daar is niet echt genegen je met wat dan ook te helpen. MAAR WE GAAN.
Het is ongeveer twintig kilometer verder. Onderweg een vrachtwagen met een lekke band; daar voorzichtig omheen rijden. In de winkel werken een man en een vrouw. De man tuurt op een scherm en wil me niet te woord staan, gebaart dat ik bij die vrouw moet zijn. Maar die is bezig met een zigeunerfamilie, die een niet werkend Wifitoestel willen omruilen. De zigeunerkinderen plukken ballonnen van een tafel en gaan daarmee voetballen. Als door de herrie niemand zich nog verstaanbaar kan maken begint de vader te schreeuwen en de kinderen gaan krijsen. Na drie kwartier ben ik aan de beurt. Ze is chagrijnig en vraagt om een code. De code die ik drie jaar geleden bij de aanschaf heb gekregen. IK weet die code niet en kan hem ook nergens vinden. Zij zou erover kunnen bellen maar dat doet ze gewoon niet, geeft me telefoonnummer van Vodafone en zoekt U het maar verder uit. Ik vraag haar nog of zij niet kan bellen, maar dat wil ze niet. Naar huis en daar bellen.
Twintig kilometer weer te gaan. Onderweg nog steeds die vrachtwagen met een andere lekke band.
Thuis gaan bellen. Drie minuten in het Hongaars met een standaard tekst. Laatste zin: If you want an English speaking operator press nine. Ik de negen ingedrukt. Vijf minuten rotmuziek. Dan komt er iemand. Ik vraag of hij Engels spreekt. Nee is zijn antwoord, maar hij maakt in de Hongaarse taal duidelijk dat hij een collega zal vragen om mij terug te bellen. Die collega belt inderdaad terug maar wel na twee uur. Ze hoort me aan en binnen drie minuten vraagt ze me de code, die ik dus niet heb. Verzin nu maar een code dan gaat die het worden, maar dat kan alleen als ik de naam van Uw moeder mag weten. Nou dat mag ze, ook als is die moeder meer dan veertig jaar dood. Code gemaakt. Wel opschrijven roept ze nog.
Ik ben die dag begonnen om tien uur en nu is het al weer bij 2 uur. In de auto fluks. Met die domme code. Onderweg een traumaheli op de straat. Kan men niet om heen. Wachten dus. Als ik maar niet te laat kom, want om half vier houden ze ermee op. Aankomst 3 uur 15. Ze heeft haar jas al klaar liggen. Haar collega, de man dus, tuurt nog steeds op een scherm en helpt niemand. Zij is naar buiten geroepen door haar vriendje en rookt met hem een sigaret. Klanten, ik dus in dit geval, moeten wachten. Opgewekt door dat vriendje of die sigaret komt ze terug en vraagt naar de code. Op haar scherm verschijnt mijn account. Daar is helemaal geen bedrag van 150 euro te vinden. Zij zegt dat ik die NIET moet betalen. U bent helemaal niet buiten uw bundel gegaan en ik zie nu ook waar U woont en daar doet de Vodafone het helemaal niet. Foutje van ons dus.
Niks excuus, niks wilt U koffie, een toffee misschien. Gaat U maar weer. Om half vijf ben ik thuis en besef dat ik me de hele dag heb ingehouden. Geen onvertogen woord, geen klappen, nee ik heb gedaan wat ik moest doen, namelijk niks.
Klik HIER voor alle Photosophieën